woensdag 30 november 2016

Grote extra aflossing door familiebank-lening

Twee weken geleden schreef ik een blog over een win-win situatie, waarbij wij de extra verkregen boetevrije aflossingsruimte - als gevolg van rentemiddeling -  op onze aflossingsvrije hypotheek willen benutten door het aangaan van een familiebank-lening. 
Op deze blog kwam een aantal reacties, van onder andere Hypotheekweg en Mom4Life, met betrekking tot het gebruikmaken van de hypotheekrenteaftrek voor deze hypothecaire familiebank-lening.

Inmiddels hebben mijn schoonouders en wij overleg gehad over de invulling van de hypothecaire familiebank-lening en zijn de afspraken vastgelegd in een geldleningovereenkomst, waarvan diverse voorbeelden online zijn te vinden.

Onze invulling van de hypothecaire familiebank-lening

Wij lenen van mijn schoonouders een bedrag van € 10.000,00. Van dit bedrag lossen wij in 2016 € 7.050,00 af op onze aflossingsvrije hypotheek. Hiermee benutten wij de na rentemiddeling opnieuw verkregen boetevrije aflossingsruimte volledig. Het resterende deel van het bedrag lossen wij per 1 januari 2017 af op de aflossingsvrije hypotheek.

Wij spraken een looptijd van 4 jaar met een ingangsdatum van 1 januari 2017 af, aangezien met deze extra aflossing - en de nog te volgen maandelijkse extra aflossingen - de aflossingsvrije hypotheek eind 2021 in zijn geheel zal worden afgelost. De rentevastperiode is eveneens 4 jaar. Voorwaarde bij deze constructie om voor hypotheekrenteaftrek in aanmerking te komen is dat de lening annuïtair (maandelijks of op jaarbasis) moet worden afgelost. Op basis van de looptijd, de rentevastperiode en de afgesproken rente (3,5%) maakte ik een annuïtair aflosschema, die als bijlage bij de overeenkomst is gevoegd. Het te betalen maandbedrag, inclusief aflossing en rente, bedraagt € 223,56. De eerste betaling vindt eind januari 2017 plaats. In de belastingaangifte Inkomstenbelasting over 2017 kunnen wij over de betaalde hypotheekrente (3,5%) aftrekken. Het rendement is niet bijzonder hoog, maar levert over de looptijd gezien voor beide partijen toch een paar honderd euro voordeel op.

Over de gekozen rente - en de aftrekbaarheid daarvan - wil ik nog wel een opmerking maken. In de blogs van Zakelijke bezuiniger, en in het contact dat ik hierover had met een mede-blogster, wordt uitgegaan van een verdedigbare rente van 6% bij een rentevastperiode van 10 jaar.
Op diverse websites, zoals die van de Belastingdienst, de Consumentenbond en BerekenHet.nl, wordt aangegeven dat rente alleen aftrekbaar is als hij 'zakelijk' is. Tot zover geen nieuws. Maar nu komt het: op grond van een oude uitspraak van het gerechtshof te Amsterdam is een zakelijke rente een rente die maximaal 25% hoger (of lager) is dan de bankrente. De banktarieven staan op de websites van banken. Aangeraden wordt een printje van het actuele renteoverzicht van een bank, plus de voorwaarden. Daarmee kun je later de zakelijkheid van de gekozen rente bewijzen aan de fiscus. Let wel op dat je geen appels met peren vergelijkt. Kijk dus naar de bankrente die hoort bij de afgesproken rentevaste periode en de risicoklasse waarin de lening valt.
Dat zou inhouden dat voor een rentevastperiode van 10 jaar de rente op dit moment (of in 2016) op 4,5% zou moeten liggen. Aangezien de rentes op dit moment laag zijn, lijkt mij een rente van 6% niet verdedigbaar.  Deze discussie zou je ook over de door ons gekozen rente kunnen voeren. Ik heb, in de risicoklasse waarin wij zitten, de hoogst mogelijke hypotheekrente opgezocht en deze gehanteerd voor het toepassen van de factor. De vraag is of dat ook verdedigbaar is.

In de eerder genoemde overeenkomst hebben wij, net zoals deze in de voorbeelden online te vinden zijn, dan ook een clausule opgenomen dat - in die situatie dat de Belastingdienst de (belasting)rechter anders vraagt te beslissen - de door ons afgesproken rente wordt vervangen door een door deze rechter vast te stellen regeling. Daarmee komt namelijk niet meteen de hele overeenkomst te vervallen.

Naast deze clausule hebben wij een aantal aanpassingen gedaan in de overeenkomst, zoals het door beide partijen tussentijds schriftelijk kunnen aanpassen van:
- de duur van de overeenkomst
- de duur van de rentevastperiode
- de mogelijkheid om de lening vroegtijdig en zonder boete te kunnen aflossen
Ook zijn er clausules opgenomen wat er moet gebeuren bij het overlijden van de langstlevende geldgever (mijn schoonouders) en geldnemer (X. en Y.).

Pagina 'Hypotheek' weer bijgewerkt

Door de extra aflossing van € 7.050,00 daalt de hypotheekschuld op het aflossingsvrije deel naar € 40.192,97. Dit levert ons een bruto besparing op van € 18,41 per maand.
Sinds december 2012 hebben wij op dit leningdeel € 66.069,86 afgelost.

De totale hypotheekschuld - daarbij rekeninghoudend met de tegoeden op de bankspaarrekeningen van inmiddels ruim € 30.000,00 - komt uit op € 152.572,90. Per 1 januari lossen wij € 3.000,00 af, en vanaf eind maart hervatten wij onze maandelijkse extra aflossingen weer.

Nog heel even en dan passeren wij de grens van € 100.000,00, bestaande uit extra aflossingen en inleg en ontvangen rente op de bankspaarrekeningen, die respectievelijk in mindering gebracht zijn en nog worden op de hypotheekschuld.

Ben je benieuwd naar de details van onze hypotheek, bekijk dan de pagina 'Hypotheek'. Deze is weer helemaal up-to-date.

dinsdag 29 november 2016

(Bank)spaarhypotheek: blogoverzicht

Al lange tijd worden de viertal door mij geschreven blogs over het extra inleggen en/of inkorten van de (bank)spaarhypotheek bijzonder goed gelezen. Blijkbaar is het een onderwerp dat erg leeft en waarover veel informatie wordt opgezocht. Dat blijkt in ieder geval uit de vele reacties op deze blogs. Ook bij collega-bloggers die over dit thema schrijven is het aantal reacties groot.

Om het voor diegenen, die in dit onderwerp geïnteresseerd zijn, wat overzichtelijker te maken heb ik - net zoals ik dat deed ten aanzien van alle blogs met het thema 'Budgetkeuze' - onderstaand een chronologisch overzicht gemaakt met de links naar de betreffende blogs:


16 januari 2016: Bankspaarhypotheek: het eerste gesprek met de bank
23 maart 2016: Extra inleggen in en verkorten van de bankspaarhypotheek 
25 april 2016: Extra inleggen in en verkorten van de bankspaarhypotheek: het gesprek met de hypotheekadviseur
28 oktober 2016: Extra inleg bankspaarrekening: de stand van zaken

In de bovengenoemde blogs wordt veelvuldig gebruik gemaakt van de rekentools op dit gebied van blogger 'Rentenier'. Ook beantwoorden hij en ik de nodige vragen. Hoewel ik mijn dank in het recente verleden niet onder stoelen of banken heb gestoken, lijkt mij een verwijzing en bedankje ook dit maal weer op zijn plaats :-)

zondag 27 november 2016

Zorgverzekering: de geschiedenis (herhaalt zich)

De zorgverzekering (basisverzekering) is een verplichte ziektekostenverzekering voor iedereen die woont en/of werkt in Nederland. De laatste aanpassing in de zorgverzekering is sinds 1 januari 2006 van kracht. Tot zover geen nieuws. Wat ik wél nieuws vind - hier kwam ik achter toen ik uit pure interesse eens op zoek ging naar informatie over de geschiedenis van de zorgverzekering - heeft betrekking op een tweetal onderwerpen: de al eerder in de negentiende eeuw geprivatiseerde zorgverzekering en het door de Duitse bezetter geïntroduceerde ziekenfonds.


Van gildebussen, naar geprivatiseerde zorgverzekering, naar ziekenfonds en weer terug naar geprivatiseerde zorgverzekering

Vóór de oprichting van het eerste Algemeen Ziekenfonds Amsterdam in 1846 bestonden er al andere ziekenfondsen. In 1741 werd 'De Timmermansbus' opgericht, een Nijmeegse gildebus die later zou worden omgezet in een ziekenfonds. In die tijd bestonden er veel meer gildebussen. Door regelmatig een bedrag in de bus te doen konden deelnemers een beroep doen op de bus om de dokter te betalen als een van hen ziek werd.
'De Timmermansbus' is overigens een voorloper van de zorgverzekeraar VGZ.

Het eerste initiatief voor een zorgverzekering komt uit dezelfde sector die nu weer het heft in handen neemt: juist, de commerciële verzekeraars.
De oude ambachtsgilden in die tijd hadden, zoals gezegd, hun gildebussen (
ziekenkassen), maar de eerste echte ziekenfondsen worden al opgericht omstreeks 1780. Met deze fondsen richten verzekeringsmaatschappijen en particulieren zich op mensen die onder de belastinggrens vallen en die bij ziekte een beroep moeten doen op stedelijke of kerkelijke armenfondsen.

Medici waren echter niet altijd gelukkig met het beleid van de verzekeraars. Artsen en apothekers richtten daarom in 1846 het al eerder genoemde Algemeen Ziekenfonds Amsterdam op, dat zorgde voor een vrije artsenkeuze, betere honoraria en een inkomensgrens om voor de artsen de ziekenfonds- van de particuliere praktijk te scheiden.

Vanaf 1900 richten enkele werkgevers een eigen ziekenfonds op. Kort daarna begint ook de politieke bemoeienis met de ziekenfondsen. Saillant detail is dat niet een Nederlands kabinet, maar de Duitse bezetter in 1941 een algemeen en verplicht ziekenfonds ingevoerd heeft. Deze vorm van het ziekenfonds heeft, ondanks pogingen tot hervorming vanaf de jaren 1970, stand gehouden tot de eerder genoemde grote hervorming in 2006.  

Tot zover deze geschiedenisles in een notendop :-)

Bron: Wikipedia

Leren van het verleden?

Het is een interessante gedachtegang. Want, blijkbaar zijn er in het verleden al beweegredenen geweest om de eerste vorm van een ziekenfonds (de gildebussen) aan te passen naar een door commerciële verzekeraars (en particulieren) gereguleerde zorgomgeving. Door de (te) grote macht van deze verzekeraars werd er een algemeen ziekenfonds opgericht, die door de Duitse overheersers tijdens de tweede wereld oorlog werd omgezet in een algemeen en verplicht ziekenfonds. Is deze discussie nu niet weer van vandaag, nu de verzekeraars sinds de privatisering van de zorgverzekering in 2006 steeds meer macht in handen krijgen? Is het dan een kwestie van tijd dat er een nieuwe golfbeweging ontstaat die de huidige weer teniet doet?

Wat vind ik er van?

Laat ik vooropstellen dat ik de wijsheid ook niet in pacht heb. Het is lastige materie, waar ook ethische aspecten meespelen. Ik ben echter geen voorstander van privatisering van primaire voorzieningen, zoals energie-, water-, zorg-, onderwijs- en openbaar vervoer voorzieningen. Daar waar op dit punt privatisering heeft plaatsgevonden, spelen mijns inziens belangen van bedrijven met een winstoogmerk een grotere rol dan de kwaliteit van de dienst die zij moeten leveren. Dat wordt naar mijn bescheiden mening versterkt doordat de concurrentie voor deze diensten relatief beperkt is. Er is dan feitelijk geen (of heel beperkt) sprake van marktwerking. Kijk maar eens naar voorbeelden in het openbaar vervoer en de zorg. De privatisering van de energiemarkt is misschien - afhankelijk hoe je er naar kijkt - de enige uitzondering.

Wat vind jij hiervan? Is de huidige geprivatiseerde zorg houdbaar? Of is er een beter alternatief?

dinsdag 22 november 2016

Budgetkeuze: kinderfeestje

Begin van dit jaar schreef ik een veel gelezen wekelijkse serie met het thema 'budgetkeuze'. Op een druiligere zondag in augustus van dit jaar plaatste ik een overzicht van alle blogs die ik over dit thema schreef. 

Afgelopen vrijdagmiddag vierden wij het voorlaatste kinderfeestje van onze zoon M. Hij en zijn vrienden hebben heel erg genoten! 
Hij wordt aankomende zondag al weer 11 jaar. Volgend jaar zal het de laatste keer zijn dat hij een kinderfeestje geeft. Na de zomervakantie van 2018 wordt hij immers een brugpieper (maar gelukkig is dat nog heel ver weg :-)).

Een goede reden om over dit onderwerp eens een blog te schrijven, als mooie aanvulling op de blogs rondom het thema 'budgetkeuze'.

Budgetkeuze: kinderfeestje

Kinderfeestjes zijn er in alle soorten en maten. Je kunt het goedkoop houden, maar zonder er al te veel moeite voor te hoeven doen kan het budget per kind flink oplopen. En helemaal als je mee gaat in het 'overklassen' van het kinderfeestje van dat klasgenootje of het buurjongetje. 

De meest - in mijn ogen - extreme variant is een kind van vijf, dat zijn vriendjes mee vroeg naar Disney Land in Parijs. De ouders van het betreffende kind vonden het toch wel vreemd dat de ouders van de kinderen die waren uitgenodigd dit niet zo'n strak plan vonden. Een extreem voorbeeld natuurlijk. 
Maar overal om ons heen zie ik dat de kinderfeestjes steeds grotere vormen aannemen. Daar is natuurlijk an sich niets mis mee. Iedereen moet zelf weten welk budget hij of zij er voor over heeft. Het zijn budgettaire keuzes. En die zijn persoonlijk.

Welke keuzes hebben wij gemaakt?

Het eerste jaar dat onze zoon van toen vijf zijn kinderfeestje vierde, hebben wij er bewust voor gekozen om dit thuis te vieren. Het nostalgische beeld dat wij hadden van oer-Hollandse spelletjes, zoals koekhappen en spijkerpoepen, sprak ons aan. Wij wilden dat onze zoon ook mee geven. Nou, en dat hebben wij geweten :-) Vermaak maar eens vijf jongetjes, die om de paar minuten de focus op het spelletje verliezen en vragen welk spelletje er nu weer op het programma staat. Ter interventie is X. met ze - met temperaturen rond het vriespunt - even naar de speeltuin gegaan, zodat ik de zelfgemaakte pizzabodems met versiersels (lees: beleg) kon klaarmaken. Bij terugkomst waren ze hun energie een beetje kwijt en konden ze lekker met het beleggen van hun pizza (en één voor hun papa en mama) in de weer. Ook dat was van korte duur :-) De ravage was na afloop van het feestje overweldigend. Daar spatte onze droom uiteen :-) Geen kinderfeestjes meer voor ons, bij ons thuis. 
Het was wel - met stip op één - het goedkoopste kinderfeestje tot nu toe.

De jaren erna hebben wij zijn kinderfeestje bij een ballenbak-speelparadijs gehouden, gezwommen én gebowld (combinatiedeal bij een lokaal recreatiepark), een indoor hoogteparcours gelopen én trampoline gesprongen en vorig jaar een disco zwemfeestje gehouden. Dit jaar zijn wij naar het grootste trampolinepark van Europa geweest, in Nieuwegein. Een uur springen is relatief duur, maar met 15% korting bleven wij binnen budget, omdat wij thuis patat hebben gebakken en de jongens lekker hebben gevoetbald, buiten.

Budget

Het budget ligt voor ons tussen de € 75,00 en € 100,00. Wij hebben één zoon en hoeven qua budget geen rekening te houden met broers en/of zussen. Ik kan mij voorstellen dat, als je meerdere kinderen hebt, je kritischer moet kijken naar het budget.

In het eerste jaar - het thuisfeestje - kwamen wij zoals gezegd ver onder budget uit. De jaren erna lag het bedrag steeds tussen het door ons gestelde budget. Op het moment dat onze zoon, zoals bij zijn laatste feestje, iets wil doen dat qua entree duurder is, dan houdt dat in dat er keuzes gemaakt moeten worden in het aantal uit te nodigen kinderen. Dat klinkt misschien 'hard', maar het moet enerzijds financieel leuk blijven en anderzijds leert het hem ook dat er (financiële) grenzen zijn.

Wat is jouw aanpak met betrekking tot kinderfeestjes?

vrijdag 18 november 2016

Win-win situatie

Dit jaar hebben wij € 9.249,54 afgelost op onze aflossingsvrije hypotheek. Ook dit jaar hebben wij ons tot doel gesteld om het maximale boetevrije bedrag van € 10.550,00 af te lossen. Nog € 1.300,46 te gaan vóór 31 december 2016. En dat moet volgens het huidige, maandelijkse aflosschema prima lukken.

Als gevolg van het aanvragen van rentemiddeling op dit leningdeel bleek dat de teller voor het maximaal boetevrij af te lossen bedrag per 1 augustus weer op € 10.550,00 stond. De blog die ik hierover schreef lees je hier terug. Niet dat wij nu ineens van ons doel afwijken om extra-extra af te lossen, maar de mogelijkheid is er in ieder geval wel mocht er sprake zijn van een meevaller. 

Nu is er geen sprake van een meevaller, in die zin dat er niet ineens een schip met dubbeltjes is binnen komen varen. Maar wel een andere ontwikkeling.

Sinds jaar en dag fungeer ik voor mijn schoonvader als een klankbord voor financiële zaken. Onlangs kwam hij met de vraag over het aanpassen van zijn rentevastperiode, nu deze over een aantal maanden afloopt. Daarbij, zo zei hij, wilde hij ook nog wel wat extra aflossen (€ 10.000,00). Inmiddels was de aanbieding van de hypotheekverstrekker binnen en kon het rekenen beginnen.

Met een resterende aflossingsvrije hypotheek van € 80.000,00 - waarbij de waarde van de woning rond de € 170.000,00 ligt - en een aangeboden tienjaars rente van 1,8% levert dat een rentebedrag op van € 120,00 bruto per maand. Een besparing van ruim € 190,00 per maand bruto ten opzichte van zijn huidige bruto maandbedrag. Als je dit soort bedragen leest, word ik ronduit 'jaloers'. Voor een dergelijk bedrag huur je - bij wijze van spreken - nog geen garage of schuur :-)
Een extra aflossing van € 10.000,00 levert een rentebesparing op van € 15,00 bruto per maand. Dat is op jaarbasis € 180,00. Meer dan de rente die je op een spaarrekening krijgt, dat wel. Maar deze besparing wordt niet snel terugverdiend ten opzichte van het afgeloste bedrag.

De vraag rijst dan wat mogelijkheden zijn om een beter rendement te krijgen. Beleggen is voor hen geen optie. Dit vinden zij gewoonweg te risicovol. Deze optie valt dan ook af.

En toen kreeg ik een ingeving, eigenlijk tijdens het berekenen van de door ons te betalen hypotheekrente als gevolg van maximale extra aflossing in het jaar 2017. Wat nu als wij deze € 10.000,00 van hen lenen? Door de nieuwe vrije maximale aflosruimte voor dit jaar te gebruiken, en het resterende deel op 1 januari 2016 af te lossen, besparen wij op jaarbasis € 310,00 bruto aan rente. Dat is ruim € 25,00 bruto per maand. Een besparing waarover wij nu feitelijk niet kunnen beschikken, omdat wij niet over een dergelijk bedrag beschikken.

Stel nu dat wij het bedrag van hen zouden lenen en het renteverschil samen delen. Het gaat dan natuurlijk niet om grote bedragen, maar het levert toch weer voor beide partijen een besparing op. In mijn ogen een win-win-situatie. Helemaal als wij de lening en rente over meerdere jaren uitsmeren. Zo ontvangen zij gedurende deze jaren een leuke rente (hoger dan nu op hun spaargeld) en levert het ons - los van het bedrag dat wel weer terugbetaald moet worden - een extra (kleine) besparing op in de maandlasten. De maandlasten voor terugbetaling van de lening en rente zijn dan ook behapbaar.

Wij overwegen nu om dit via een familiebank-constructie op te zetten. Blogger 'Zakelijke bezuiniger' schreef hierover een serie interessante blogs. 

Een dubbelcheck voor diegenen die bekend zijn met een dergelijke constructie: zien wij nog iets (essentieels) over het hoofd?

vrijdag 4 november 2016

Crowdfundinghypotheek

De hypothekenmarkt is vol in beweging en komt meer en meer in wild water terecht. Waar de traditionele grootbanken in 2015 nog een substantieel deel van hypotheekmarkt verloren (aandeel kleiner dan 50% van de totale hypotheekmarkt), heroveren zij vanaf het eerste kwartaal van dit jaar weer wat terrein terug. Hypotheken, gefund door pensioenfondsen en verzekeraars, rukken daarentegen steeds harder op, net als de zogenoemde fintech bedrijven, die zich op de hypothekenmarkt hebben gestort.

Deze zomer bemachtigde ‘crowdfundhypotheekverstrekker’ Jungo een AFM-vergunning, die het dit jaar nog wil gaan gebruiken. Particulieren kunnen binnenkort in hypotheken inleggen en daarop tot 3,5 procent rente vangen. 
Geen spaarrekening of spaardeposito dat daar tegenwoordig nog tegenop kan. 
Daarnaast speelt dat de Nederlandse huizenbezitters trouwe betalers van hun hypotheekrente zijn. Het risico is dan ook relatief laag. 

De afgelopen periode schreef ik al eerder over crowdfunding. Binnenkort volgt er een blog over de diverse platformen, waar ik mij meer in wil gaan verdiepen. 

Dit platform - Jungo, een marktplaats waar vraag en aanbod van hypotheken bij elkaar worden gebracht - is er ook zo één. De site biedt de nodige informatie, maar roept ook veel vragen op. Want, als de hypotheekrente nu historisch laag is, hoe kan dan een dergelijke investeringsrente aangeboden worden?
In de 'Veelgestelde vragen' kom ik deze vraag ook tegen. Het antwoord op deze vraag luidt: 'De rente die we jou betalen is inderdaad hoger. Aan de andere kant is de rente die we betalen aan de institutionele belegger flink lager. Die twee samen bepalen de rente op de hypotheek.'

Dit klinkt mij allemaal nog wat te abstract in de oren. Ook de overige informatie, zoals informatie over de investeringsvoorwaarden, is nog wat algemeen of simpelweg niet bekend. Desalniettemin vind ik het concept erg interessant. Ik blijf dit soort ontwikkelingen dan ook met bovengemiddelde interesse volgen.

Wat vind jij van een crowdfundinghypotheek? Is het een concept waarin jij zou willen of durven te investeren?

Totaal aantal pageviews